In het informatieoverzicht van een PDF wordt nuttige informatie over een document gegeven. Deze informatie kan ook als hulpmiddel voor het indiceren van uw documenten worden gebruikt. In Nitro PDF Professional kunt u de velden met de titel van het document, de auteur, het onderwerp en de trefwoorden en tevens uw eigen metagegevensvelden bewerken. De standaardinformatievelden zijn als volgt:

  • Titel. Hier wordt de titel van het document gegeven. Op het internet worden gewoonlijk de documenttitels van PDF’s weergegeven in de resultaten van zoekengines; als er geen titel is ingesteld, wordt de bestandsnaam gebruikt.
  • Auteur. Geeft de auteur van het document.
  • Onderwerp. Hier wordt het onderwerp van het document gegeven, hetgeen nuttig is voor het categoriseren van het document.
  • Trefwoorden. Hier worden de trefwoorden voor het document gegeven, die handig zijn voor het categoriseren, indiceren en zoeken van het document.
  • Basis-URL. Hier wordt de basis-URL gegeven, die wordt gebruikt door gerelateerde webkoppelingen in de PDF. De basis-URL wordt niet gebruikt als de volledige URL in de koppeling is opgenomen.
  • Aangepast. Onbeperkte velden, die gebruikt kunnen worden voor aangepaste categorisering.
  • Maker. Geeft het programma op basis waarvan de PDF werd gemaakt, bijvoorbeeld Microsoft Word of Publisher.
  • Producent. Geeft het programma dat gebruikt werd om van het originele bestand een PDF te maken, bijvoorbeeld Nitro PDF Professional.
  • Snelle webweergave. Geeft aan of de PDF geoptimaliseerd is voor online gebruik. Documenten die voor online gebruik zijn geoptimaliseerd, worden sneller geladen.
  • PDF met tags. Geeft aan of de PDF tags bevat voor toegankelijkheid.
  • PDF versie. Geeft de versie van de PDF aan, zoals bepaald door de PDF-specificatie. Afhankelijk van de gebruikte versie van de PDF zijn sommige PDF-functies niet beschikbaar wanneer het document in oudere PDF-viewers wordt geopend. Nitro PDF Professional kan PDF’s maken die voldoen aan de PDF-specificaties 1.3, 1.4, of 1.5.
  • Aantal pagina’s. Laat zien hoeveel pagina’s het document bevat.
  • Paginaformaat. Geeft de hoogte en breedte van de pagina’s in de PDF weer. Via de voorkeuren in Nitro Pro kunt u de standaardmaateenheden opgeven die moeten worden gebruikt.

Documentinformatievelden bewerken:

  1. Voer een van de volgende handelingen uit:
  • Druk op CTRL+D.
  • Klik op de toets Nitro PDF ProfessionalNitroPDF nitro%20pdf%20button Informatieoverzicht en klik op DocumenteigenschappenNitroPDF  img70 Informatieoverzicht.
  1. Voer de informatie in de gewenste velden in.
  2. Klik op OK.

Opmerking: bepaalde PDF-informatie, zoals PDF Creator, PDF Producent en Aantal pagina’s, kan niet worden gewijzigd.

Aangepaste informatievelden toevoegen of bewerken:

  1. Voer een van de volgende handelingen uit:
  • Druk op Ctrl+D.
  • Klik op de toets Nitro PDF ProfessionalNitroPDF nitro%20pdf%20button Informatieoverzicht en klik op DocumenteigenschappenNitroPDF  img70 Informatieoverzicht.
  1. Klik op Bewerken.
  2. Geef een naam en een waarde op voor het aangepaste veld.
  3. Klik op Toevoegen en klik dan op OK.

Informatieoverzicht